Vorige maand is de Eerste Kamer akkoord gegaan met de invoering van het minimumuurloon. In de huidige situatie is er een vast minimumuurloon per maand, werknemers met een voltijdswerkweek van 36 uur per week hebben momenteel een hoger uurloon dan werknemers met een 40-urige werkweek. Met de nieuwe aanpassing, die per 1 januari 2024 ingaat, zal dat verschil verdwijnen. Dit wetsvoorstel is eerder door de Tweede Kamer al goedgekeurd.
Meer bestaanszekerheid
Deze wet zou ervoor zorgen dat mensen met lage inkomens meer bestaanszekerheid krijgen. Honderdduizenden mensen zullen ervan profiteren. In sectoren waarbij een voltijdswerkweek standaard 40 uur is, zullen de lonen gemiddeld met 10% stijgen. De sectoren met een standaard voltijdswerkweek van 38 uur zullen de lonen gemiddeld met 5% stijgen.
De initiatiefnemers GroenLinks en PvdA willen op deze manier een eerlijker en transparanter minimumloon. De hoogte hiervan wordt voor iedereen namelijk gelijk, het uurloon van 36 uur per week wordt als basis genomen. Volgens PvdA- Kamerlid Barbara Kathmann is op deze manier, “recht te trekken wat krom is”. GroenLinks Kamerlid Senna Maatoug geeft aan dat het minimumloon “de bodem die we met elkaar afspreken voor het werk in Nederland” en met deze wet ontstaat er “geen enkele onduidelijkheid meer”.
Brancheorganisaties overhandigen petitie
Werkgevers zagen de bui al hangen, ze vrezen dat de loonkosten enorm gaan verhogen. Om deze reden hebben meer dan 20 brancheorganisaties voor de detailhandel de handen ineen geslagen en een petitie overhandigd aan de Eerste Kamer. Helaas hadden ze hier geen baat bij, de wet is écht niet meer te stoppen. De Senaat heeft het voorstel namelijk al aangenomen.
Bang voor de gevolgen
De brancheorganisaties geven ook aan bang te zijn dat de loonkosten breder gaan stijgen en dat het niet alleen bij de minimumlonen blijft. De stijging van het minimumloon werkt namelijk door in het volledige loongebouw. De onderkant duwt alle lonen omhoog.
Lonen stijgen met een kwart sinds 2022
Veel werkgevers zitten gebonden aan een cao, waar een voltijdswerkweek standaard langer is dan 36 uur. Als deze werkgevers volgens het nieuwe minimum uurloon moeten belonen, dan ontstaat er een enorme loonstijging die zelfs kan oplopen tot 11% zodra de wet ingaat.
Om deze reden vragen werkgevers of het wetsvoorstel gefaseerd kan worden ingevoerd. Aanvullend zouden de werkgeverslasten ook moeten dalen. Deze lastenverlaging kan worden opgevangen door een greep te doen in de pot met sociale premies, waar inmiddels 34 miljard euro in zit.
Niet de eerste stijging
Daarnaast is dit niet de eerste stijging in relatief korte tijd. Dit jaar is het minimumloon per januari 2023 namelijk ook al fors gestegen. Dit was voor veel werkgevers al een flinke klap. Als er volgend jaar nóg zo’n hoge stijging bijkomt, betekent dat voor sommige werkgevers dat de lonen ten opzichte van 2022 met een kwart zijn gestegen! Voor een aantal werkgevers is dit niet meer op te brengen, aangezien ze nog moeten herstellen van de coronacrisis.
Plannen gaan toch door
Het protest vanuit werkgevers lijkt zinloos te zijn. De Kamer volgt de adviezen van het Centraal Planbureau en De Nederlandse Bank op, zij geven aan dat er ruimte is voor die loongroei. De verhoging blijft wel beperkt tot 50 cent per uur.
Toch geeft de minister van SZW aan dat ze begrip heeft voor de werkgevers. Eerder kwam het voorstel vanuit werkgevers om het uurbedrag te baseren op 38 uur, maar hierin gaat de minister niet mee. Op die manier zullen werknemers met 36 uur erop achteruit gaan en dat kan volgens de minister van SZW niet de bedoeling zijn.
Bewustwording van de stijgingen
Het kabinet is zich wel bewust van de grote gevolgen van de minimumloonstijgingen. De forse stijgingen kunnen grote invloed hebben op de huur- en zorgtoeslagen van werknemers. Om dezer reden gaat het kabinet u al campagne voeren om werknemers te wijzen op de gevolgen van de uurloonverhoging.
Niet alle minimumlonen omhoog
Naast het minimumloon bestaat er ook het minimumjeugdloon. Dit is voor werknemers tot 21 jaar. Het minimumjeugdloon zal per 2024 géén stijging krijgen. Het kabinet wil jongeren blijven stimuleren om naar school te gaan. Als de minimumjeugdlonen ook mee stijgen, zou het voor jongeren te aantrekkelijk zijn om te gaan werken.
Controle van de Arbeidsinspectie
Werkgevers ontkomen er écht niet aan; de arbeidsinspectie gaat namelijk de naleving van het wettelijk minimumuurloon controleren. In de Senaat waren er wel zorgen over welke gevolgen het wetsvoorstel heeft voor de werkwijze en capaciteit van de Arbeidsinspectie. De minister stelde dat er voldoende Arbeidsinspecteurs zijn om het te handhaven. Het zou daarnaast erg makkelijk zijn om te controleren, aangezien het minimumuurloon voor iedereen hetzelfde is en niet meer afhankelijk is van het aantal uren dat iemand werkt.