We zitten inmiddels een maand in het nieuwe jaar. Er zijn per januari al veel wetten en regels gewijzigd, maar in de loop van dit jaar zullen er meer bij komen. In dit artikel lees je waar je als werkgever komend jaar rekening mee moet houden.
Grote veranderingen
Per januari is natuurlijk al het een en ander veranderd. Zo zijn de minimumlonen in één keer flink gestegen, met ruim 10%. Medewerkers met tijdelijke contracten hebben een betere positie gekregen in de arbeidsmarkt. Daarnaast is de onbelaste kilometervergoeding omhoog gegaan van €0,19 naar €0,21 per kilometer. De thuiswerkvergoeding is ook iets omhoog gegaan, naar €2,15 per dag.
Maar… er zijn meer veranderingen ingegaan per januari waar minder aandacht aan is besteed. Zo geldt er sinds 1 januari nieuwe premiepercentages voor de Werhervattingskas. Deze kas financiert de uitkeringen voor arbeidsongeschikten. per sector is de premie vastgelegd. Als werkgever kun je er rekening mee houden, door te kiezen voor het dragen van het eigen risico of een publieke verzekering via het UWV.
Verder worden werknemers tegemoet gekomen door een hogere arbeidskorting. hierdoor wordt de koopkracht verbeterd. medewerkers zouden er netto €500 euro op vooruitgaan. de hoogte van de arbeidskorting hangt af van de leeftijd en het inkomen. vanaf 1 januari 2023 gaat de arbeidskorting elk jaar omhoog.
Verder betalen werkenden minder belasting over hun inkomen. De belasting op het inkomen uit werk, box 1, verlaagt. Hierdoor houden medewerkers meer loon over. de overheid verlaagt het tarief van 37,07% naar 36,93%. Werkenden houden maximaal €102 euro per jaar meer over.
Sommige dingen blijven hetzelfde
Er zijn ook regels en mogelijkheden die zich afgelopen jaar goed hebben bewezen en dit jaar opnieuw worden ingezet. een voorbeeld hiervan is het STAP-budget. Wat wel anders wordt, is dat er nu een deel van het budget wordt gereserveerd voor medewerkers met een maximaal MBO 4 diploma. Hierdoor hebben kleine MKB bedrijven meer financiële ruimte en mogelijkheden om hun medewerkers scholing te geven.
De volgende inschrijfronde start op 28 februari om 10 uur.
Wat er later dit jaar nog gaat veranderen
Hervorming pensioenstelsel
Zoals al in het vorige blog omschreven, krijgt het pensioenstelsel een andere vorm. Het huidige stelsel is niet meer houdbaar op de manier waarop we het nu gebruiken. Dat komt door de vergrijzig, door medewerkers die sneller van baan wisselen en tijdelijk minder werken. De wet gaat naar verwachting in op 1 juli 2023, het is eerder al eens uitgesteld. Pensioenuitvoerders krijgen tot 1 juli 2027 de tijd om het aan te passen.
Voorstellen in de loop van dit jaar
De overheid brengt verschillende voorstellen uit dit jaar, om de positie voor medewerkers met tijdelijke contracten te versterken. Dit is wat we kunnen verwachten dit jaar:
- De overheid komt met een voorstel voor een basiscontract voor oproepkrachten. De oproepcontracten komen volledig te vervallen (nulurencontracten).
- Er komt een voorstel voor gelijkheid onder uitzendkrachten en eigen medewerkers. Uitzendkrachten zouden dezelfde scholing moeten krijgen (dit geldt ook voor gedetacheerden en payrollmedewerkers).
- De gelijkheid tussen uitzendkrachten en vaste medewerkers moet ook doorgetrokken worden in de arbeidsvoorwaarden.
- Tot slot gaat de overheid ervoor zorgen dat de draaideurconstructie gaat verdwijnen. Op deze manier kun je medewerkers met een tijdelijk contract langer in dienst houden, maar dat gaat dus verdwijnen. Om tijdelijke medewerkers een betere positie te geven wordt er gewerkt naar een manier waarop ze sneller vast in dienst worden genomen.
Loonbureau.nl helpt waar nodig!
Wij zijn altijd voorbereid op veranderingen en altijd op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. We kunnen ons voorstellen dat je als werkgever met veel vragen zit. Wij helpen je graag verder!
Neem eenvoudig contact met ons op.
