Een nieuwe Europese richtlijn heeft ervoor gezorgd dat ouderschapsverlof per 2 augustus zal worden uitbetaald voor 2 maanden. Voorheen werden werknemers niet uitbetaald tijdens dit verlof. De wet valt onder de Wet arbeid en zorg (WAZO). In dit artikel leggen we uit wat de gevolgen zijn en waar je als werkgever rekening mee moet houden.
Wie bekostigd het verlof?
Je moet als werkgever de aanvraag voor het verlof indienen bij het UWV. Zij zorgen voor een uitkering voor de werknemers die ouderschapsverlof opnemen, dit krijgen ze nadat het verlof is opgenomen.
In het eerste levensjaar van het kind krijgen ouders 9 weken betaald ouderschapsverlof. Ze ontvangen hierover een UWV-uitkering ter hoogte van 70% van het dagloon of tot 70% van het maximum dagloon.
Voordelen voor de werkgever
Ouders krijgen op deze manier meer tijd om te wennen aan de gezinssituatie. Zo kunnen ze ook bewuster keuzes maken over de verdeling van werken en zorgen. Tot slot zorgt het ook voor minder stress op het werk, aangezien ouders beter gewend zijn. Dat leidt weer tot minder verzuim.
Werknemer die vóór deze wet een kind heeft gekregen?
Het verlof geldt ook voor ouders die vóór de invoering van de wet een kind hebben gekregen. Daar zitten wel een paar voorwaarden aan:
- Het kind moet op 2 augustus dan wel nog jonger zijn dan 1 jaar.
- Ouders moeten op dat moment ook werknemer zijn en werken.
- De ouders mogen nog niet het volledige recht op ouderschapsverlof hebben opgenomen (26 keer de arbeidsduur per week).
Betaald ouderschapsverlof bij adoptie- of pleegouderschap
Bij adoptie- of pleegouderschap mogen werknemers ook ouderschapsverlof aanvragen. Hier zitten natuurlijk ook weer andere voorwaarden aan vast:
- Het betaald verlof is mogelijk voor kinderen onder de 8 jaar.
- Bij adoptie- of pleegkinderen geldt het verlof voor 9 weken in het eerste jaar na de dag van de feitelijke adoptie of plaatsing.
